Wanneer is een werknemer die door door ziekte (gedeeltelijk) arbeidsongeschikt was of is eigenlijk hersteld? We staan stil bij de regels rondom herstel met betrekking tot werk in arbeidsongeschiktheidssituaties. Wat we schrijven heeft overigens alleen betrekking op mensen met een vast dienstverband. Werknemers met een tijdelijk contract, die aan het einde van hun dienstverband nog steeds arbeidsongeschikt zijn, gaan in bijna alle gevallen ziek uit dienst.
Re-integratie
Zoals je waarschijnlijk wel weet zijn werkgevers verplicht om een zieke en (gedeeltelijk) arbeidsongeschikte medewerker gedurende 104 weken door te betalen. Dit noemen we de wachttijd. Werknemers zijn op hun beurt verplicht om te re-integreren en de adviezen en aanwijzingen van de bedrijfsarts op te volgen. Het is uitsluitend aan de bedrijfsarts om te beoordelen welke mogelijkheden en beperkingen er in relatie tot arbeid zijn (en dus niet aan de huisarts, specialist of psycholoog).
Het primaire doel van de re-integratie is het terugkeren in het eigen werk (de functie waar iemand voor is aangenomen). Als dit niet lukt wordt er gere-integreerd in het eigen werk met aanpassingen of in aangepast werk. Dit noemen we re-integratie eerste spoor. Als ook dit niet lukt, moet er op een gegeven moment worden uitgeweken naar re-integreren/werken bij een andere werkgever. Dit traject staat bekend als re-integratie tweede spoor.
Herstel(dmelding)
Over herstel en de hersteldmelding (ook wel betermelding genoemd) zijn veel misverstanden. Volgens de wet is er sprake van herstel als een werknemer weer volledig zijn eigen werk doet voor het overeengekomen aantal uren. Juristen noemen dit eigen werk de bedongen arbeid. Belangrijk hierbij is dat een werknemer alle taken die bij zijn of haar functie horen weer heeft hervat. Is dit niet het geval, dan is er geen sprake van herstel en is iemand nog steeds aan het re-integreren. Kortom: zolang iemand niet volledig zijn bedongen arbeid verricht is er geen sprake van herstel.
Volgens de wet is er sprake van herstel als een werknemer weer volledig zijn eigen werk doet voor het overeengekomen aantal uren.
Het kan anders liggen wanneer passende arbeid bedongen arbeid is geworden, maar dat laten we hier buiten beschouwing.
Terugval na herstel
Het komt regelmatig voor dat een werknemer die hersteld is toch weer uitvalt. Dit kan gevolgen hebben voor de werkgever. Valt een herstelde werknemer binnen 28 dagen na de hersteldmelding weer uit? Dan loopt de wachttijd door en kan het re-integratiedossier worden heropend. De wachttijd van 104 weken begint opnieuw als een herstelde werknemer onverhoopt toch weer na 28 dagen uitvalt.
Goed om te weten!
Het komt met enige regelmaat voor dat werkgevers een feitelijk herstelde werknemer voor 1% of meer arbeidsongeschikt laten staan. Dit is juridisch zeer discutabel en onwenselijk omdat dit bijna nooit medisch onderbouwd kan worden. Deze aanpak kan worden opgevat als een handige manier om van een medewerker af te komen door de wachttijd vol te maken. Bedrijfsartsen, advocaten en rechters vinden hier meestal wel iets van. Strikt juridisch is het 1% arbeidsongeschikt houden van een herstelde werknemer dus zeer onverstandig.
Sommige bedrijfsartsen passen na 26 weken ziekte en onder bepaalde omstandigheden een duurzaamheidstoets toe. Dit betekent dat een werknemer gedurende een periode van vier weken weer volledig werkt in zijn eigen functie met alle daarbij horende taken. Als de werknemer gedurende deze vier weken laat zien duurzaam te kunnen functioneren, dan oordeelt de bedrijfsarts dat de werknemer volledig hersteld is. In bepaalde gevallen kan deze periode van vier weken nog twee keer verlengd worden, mits dit goed onderbouwd wordt. Om de belastbaarheid goed te kunnen toetsen wordt er meestal afgesproken dat de werknemer gedurende deze periode geen vrije dagen mag opnemen.